Blogs en video's
Jezus en de hond
Perzische poëzie zit vol met toespelingen op het christendom en de christelijke heiligen. Vooral Jezus is een van de gevierde figuren. Er wordt vaak verwezen naar zijn ascetische gedrag, zijn wonderen, het tot leven wekken van de doden en omgang met dieren.
Dode hond
Een van mijn favoriete verwijzingen naar Jezus komt van de Perzische dichter Nezami uit Ganja (gest. ca. 1209). Het betreft een anekdote in zijn Makhzan al-asrar (“Schatkamer der Geheimen”) over Jezus en een dode hond. De hond is in de islam doorgaans een onrein dier. Tegelijkertijd is de hond in het soefisme een symbool van nederigheid. Beide connotaties zijn hier van belang. Nezami vertelt hoe Jezus met zijn discipelen op een weg wandelt. Plotseling komen zij een stinkend kadaver van een hond tegen. De discipelen maken verwijtende opmerkingen over het aangezicht. De een klaagt dat de stank de hersenen penetreert, een andere zegt dat dit het oog verblindt en een hartkwaal veroorzaakt. Maar Jezus schimpt niet en zegt:
kijk toch hoe zijn portaal is versierd:
geen parel is zo blank als zijn tanden. (vertaling J.T.P. de Bruijn)
گفت ز نقشی که در ایوان اوست
در به سپیدی نه چو دندان اوست
Inspiratie
Nezami’s verhaal werd zo bekend dat het Europese dichters als Goethe (1749-1832) en de Nederlandse dichter Leopold (1865-1925) inspireerde. Goethe interpreteert het gedicht in zijn West-östlicher Divan als Nezami’s poging om de lezer een morele les te geven en te verbazen. Leopold maakt een weergaloos gedicht waarin hij benadrukt dat men zich moet onthouden van het beschimpen van anderen. Men moet positieve elementen zien, zelfs in een “gistend vod”:
En zag een hond stroef als een wolf,
plat op de steenen, onbewogen,
wiens leven heengeweken was,
wiens Jozef uit de put getogen.
En om het kreng verrot en vocht
stonden de menschen stil en keken
en waren bits: een gierenzwerm,
die op een aas is neergestreken.
En één: de walg van dit gezicht
benevelt en verwart het hoofd
met troebelingen als een kaars
roetwalmend door de wind gedoofd.
Een ander: van dit gistend vod
en vuil het eenigste gewin
is duisternissen voor het oog
en schrik en afschuw voor den zin.
Zoo zong een ieder daar zijn lied
maar allen in denzelfden toon
en overstelpten met verwijt
en spraken bitterheid en hoon.
Jezus zag naar het liggend dier
en sprak en zeide enkel dit
en was beschamende rondom:
de tanden zijn als paarlen wit.
(Zie Oostersch II, Verzameld werk (2 delen), J.H. Leopold – DBNL)
De Perzische dichters uit het Kaukasusgebied hadden een brede kennis van het christendom. Men beweert dat dit verhaal op de uitspraken van Jezus in het Evangelie van Matteüs (7:3-5) berust. Dit is goed mogelijk, vooral als het gaat om de uitspraak “Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt”. Het kan ook zijn dat Nezami het verhaal heeft aangepast naar zijn eigen beeld van Jezus als een voorbeeld van een heilige met inzicht. Nezami is namelijk een dichter die erg voorzichtig is met het veroordelen van anderen. Zijn personages, vooral de vrouwen, zijn bedachtzaam en leren de mannelijke personages levenslessen.
Vergankelijkheid
In het verhaal van Jezus gaat het bij Nezami niet alleen om positief oordelen, maar ook om de vergankelijkheid van de wereld te tonen. Het dode lichaam van de hond staat symbool voor vergankelijkheid van de materiele wereld en zijn witte tanden staan voor de mensenziel die eeuwig is. Nezami vergelijkt het kadaver met een verbrande schelp en de ziel met de parel. Nezami raad zijn lezer telkens aan om niet te zoeken naar tekortkomingen in andere mensen. Bovendien is hij zeker tegen “het oog zoekend naar gebreken” (dide-ye ‘eyb-ju). Men moet immers eerst kijken naar zichzelf en zichzelf corrigeren. In Nezami’s opvatting denken mensen vaak dat zij zelf de bron van deugd zijn, zonder daarbij oog te hebben voor eigen tekortkomingen:
Kijk niet naar de gebreken in anderen of naar je eigen welwillendheid
Laat je blik afdalen in je eigen kraag;
Als je op een dag een spiegel ter hand neemt,
Breek dan jezelf en wees geen zelf-aanbidder.
عیب کسان منگر و احسان خویش
دیده فرو کن به گریبان خویش
آینه روزی که بگیری به دست
خود شکن آن روز مشو خودپرست
De verwijzing naar de spiegel duidt erop dat als iemand alleen zijn eigen deugden in de spiegel ziet, en niet zijn tekortkomingen, hij ervoor moet zorgen dat hij geen narcist wordt.
Les
Dit verhaal van Jezus en de hond laat een van de manieren zien hoe Jezus in de Perzische ethische en didactische bronnen wordt aangehaald. Het gaat erom dat de lezer een les kan trekken uit het verhaal. Deze les is: zoek niet naar gebreken in andere mensen. Ook houdt het mensen een spiegel voor waarin men eigen tekortkomingen kan zien, om zo ethisch te handelen.
Asghar Seyed-Gohrab is hoogleraar Perzische en Iraanse Studies aan het Departement Filosofie en Religiewetenschap van de Universiteit Utrecht. Afbeelding:
Jesus and the dead dog, c.1620 (opaque watercolor) #22763810 (mediastorehouse.co.uk)