Utrecht Religie Forum

Blogs en video's

Stolpersteine

Ik moet zo’n elf jaar oud zijn geweest toen ik het voor het eerst beelden zag van bevrijde concentratie- en vernietigingskampen. Die beelden waren van The World at War, een 26-delige televisieserie van de BBC (1973-1974) die destijds ook in Nederland werd uitgezonden. De Tweede Wereldoorlog had tot dan, met de verhalen van mijn ouders over onderduikers en vluchten voor Duitse kogels, een voornamelijk heroïsch karakter gehad. Als kind was ik natuurlijk gefascineerd door de militaire aspecten. Maar met deze aflevering drong het besef binnen dat er een oorlog binnen die oorlog was gevoerd, en wel een die niet was gewonnen. De serie noemt het begrip Holocaust nog niet, dat woord kwam pas met de gelijknamige Amerikaanse televisieserie in 1980 in de Nederlandse huiskamers. De herinneringscultuur in Nederland zou sowieso vanaf 1945 transformaties ondergaan: was de oorlog tot de jaren zeventig een verhaal van bezetting en verzet, vanaf de jaren tachtig politiseerde de herdenking tot een verhaal over de strijd tegen fascisme en onderdrukking wereldwijd, om vervolgens te cirkelen rond deportatie en vervolging en het wegkijken van omstanders. Het Joodse verhaal, dat tot die tijd vooral aan keukentafels werd gedeeld en ook daar wel werd verzwegen omdat het te pijnlijk was, kwam zo het collectief bewustzijn binnen.

Nabijheid

Inmiddels valt de oorlog vrijwel samen met de herdenking van wat men in de Joodse wereld Shoa (catastrofe) noemt, vanwege de Bijbels-religieuze associatie van ‘offer’ bij het begrip Holocaust. Ook in het publieke leven is die verschuiving zichtbaar, en wel in de toenemende presentie van “Stolpersteine”. Dat zijn kleine messing tegeltjes in het trottoir verwerkt met daarop de namen van inwoners van het belendende huis, incluis geboortedatum en sterfdatum, vaak voorzien van de sombere namen Sobibor, Auschwitz, of Bergen Belsen. Roma en Sinti worden op die wijze eveneens gememoreerd, soms ook overlevenden. Het project is sinds de opstart in 1993 over heel Europa verspreid. De Duitse kunstenaar Gunther Demnig (Berlijn, 1947) wil zo de concrete nabijheid van voormalige “Joodse” huizen en huizen van Sinti en Roma visualiseren.

Respect en discussie

Lichamelijke symboliek is deel van het project. De voorbijganger wordt immers gedwongen naar beneden te kijken wil hij de tekst kunnen lezen. Zo zegt Demnig: “Um den Stein lesen zu können, muss man sich vor dem Opfer verbeugen”, vrij weergegeven: je wordt gedwongen respect te betuigen aan de slachtoffers. Het project roept, zoals andere herinneringsmonumenten in de publieke ruimte, denk aan het namenmonument in Amsterdam, soms fel debat op. Dat debat vindt ook plaats binnen de Joodse gemeenschap. In een column in het Online blad De Vrijdagavond (21-07-2022) uit Rabbijn Lody van de Kamp enkele bedenkingen. Hij verwijst daarbij zowel naar de Stolpersteine als naar het kunstwerk ‘Schaduwen’, op het Olympiaplein in Amsterdam: hier zijn de schaduwen van Joden, op een foto vastgelegd tijdens hun deportatie, door de kunstenaar geprojecteerd op het trottoir.

Aanwezigheid, afwezigheid, toe-eigening

Ik citeer van de Kamp: “We moeten een stapje terugdoen. Het wordt tijd dat diegenen die respect wensen voor hen die respect verdienen, overstappen naar een andere vorm van gedenktekens. Niet op straatniveau.” Of van de Kamp hiermee een breed gevoel verwoordt is nog te bezien. Anita Frank, adviseur en zelf kunstenares, reageerde: “Voor mij is essentieel dat een monument in de openbare ruimte staat. Op een begraafplaats ga ik niet over graven lopen. Als iets geïncorporeerd is in de openbare ruimte heeft het een andere functie en betekenis dan in een besloten ruimte.” (28-7-2022).
De Franse socioloog Maurice Halbwachs heeft laten zien dat collectieve herinnering deel is van hoe een gemeenschap zich definieert. Maar dit debat raakt ook aan religiewetenschappelijke noties. Gaat het om de namen die in de plaatjes zijn gegraveerd en die als presentie worden ervaren? Frappant is verder het ongemak rond de schaduw. In de Oudheid bijvoorbeeld was de schaduw een extensie van God (Numeri 14:9; Klaagliederen 4:20) of van de menselijke persona, diens publieke presentie (Handelingen 5:15). En wat onderscheidt straatniveau van drie-dimensionele monumenten, waar we eveneens namen en personen in ontwaren, zoals in het imposante namenmonument? Gaat het om de voetzolen die een presentie, of een ‘aura’, besmeuren? Frappant genoeg liet een recent NOS filmpje rond de herdenking van de bevrijding van Auschwitz (27 januari 2023) een Joodse jonge man aan het woord die het tot zijn taak had gemaakt Stolpersteine te reinigen, een behoorlijke taak gezien de meer dan 104.000 vermoorde Joden en 213 Nederlandse Sinti. Of gaat het in dit debat ook om toe-eigening, het publiek worden van een pijnlijke herinnering die binnen Joodse families nog vrijwel dagelijks wordt gevoeld? Wat voor mij beelden van een serie waren is binnen een tweede en derde generatie binnen de Joodse gemeenschap een deel van identiteit. Goed om in die samenhangen en spanningen een dieper inzicht te krijgen.

 

Eric Ottenheijm

Foto bij blog: Gunther Demnig aan het werk in Kampen. Foto van Wikipedia

Bronnen
https://devrijdagavond.com/2022/07/21/opinie/schaduwen-en-stolpertstenen-met-de-voeten-betreden-of-doen-we-een-stapje-terug/ (acc. 18 maart 2023)

https://devrijdagavond.com/2022/07/28/opinie/herdenkingsmonumenten-horen-in-de-openbare-ruimte/ (acc. 18 maart 2023)

https://nl.wikipedia.org/wiki/Gunter_Demnig (acc. 18 maart 2023)

Van der Horst, Pieter W. “Peter’s Shadow. The Religio-Historical Background of Acts v..” New Testament Studies 23 (1976-77), 204-212.