Utrecht Religie Forum

Blogs en video's

Van Borsalino hoed tot Spider-Man keppel

Keppels zijn er in alle soorten en maten. Na de Tweede Wereldoorlog werden ze hét symbool van het jodendom. Eric Ottenheijm, religiewetenschapper met specialisatie jodendom, beschrijft de ontwikkelingen van de joodse hoofdbedekking.
Een keppel is een klein, dekselvormig kapje, in diverse varianten en kleuren gedragen door religieuze joden. Niet door alle joden overigens. Joden die niet religieus zijn dragen een keppel alleen als ze een synagoge, begraafplaats of herdenkingsplek bezoeken. Dit heeft te maken met het feit dat het jodendom niet alleen een religie is, maar ook de geschiedenis en cultuur van een volk. Je hoeft dus niet gelovig te zijn om je toch volop joods te voelen.

Oorsprong
Laten we beginnen met het woord zelf: kippa (Hebreeuws), keppel (Nederlands), is afgeleid van het Jiddische woord kapl, dat verwant is aan het Duitse kappe en het Nederlandse ‘kap’. Beide woorden duiden een ronde hoofdbedekking aan. Een andere term voor de kippa is yarmulke, afgeleid van het Latijnse almucia (verkleinwoord: almucella), het kalotje uit de Katholieke Kerk.
De Bijbelse voorvaderen van de joden, zoals Abraham, Isaac en Jacob, kenden geen vaste hoofdbedekking. Volgens de Talmoed (6e eeuw n.Chr.) bedek je je hoofd tijdens het zeggen van de gebeden, uit eerbied voor God die werd ervaren als een geestelijke aanwezigheid boven het hoofd. Dat is dan ook de voornaamste betekenis van de kippa: eerbied voor God. De Talmoed vertelt anekdotes over rabbijnen die uit vroomheid hun hoofd de hele dag bedekt hielden: God woont immers overal! Waarschijnlijk gebruikten joden daarvoor de tallit (gebedsmantel) die gedragen werd als de huidige Arabische kefiye, een hoofddoek als bescherming tegen de zon. Sinds de 18e eeuw begonnen mannen hoofddeksels te dragen die waren afgestemd op de heersende mode. Joden wilden als volwaardige medeburgers worden gezien en niet meer gediscrimineerd of vervolgd worden. In de 19e en 20e eeuw is de hoed het symbool voor de burgerij. Het dragen van hoeden, van de Borsalino tot hoeden met brede randen, wordt typerend voor zowel vrijzinnige als traditionele joden. Pas na de Tweede Wereldoorlog worden hoeden minder populair in de westerse wereld. Het is op dat moment dat de kippa opkomt als symbolisch hoofddeksel.

Religieuze voorkeur
Kippot (het meervoud van kippa) zijn er in talloze groottes, materiaalsoorten en kleuren. Er zijn zelfs kippot van papier, voor eenmalig gebruik. Toch zie je aan het materiaalsoort en de kleur tot welke religieuze stroming de drager behoort. Chassidische en ultra-orthodoxe joden geven de voorkeur aan grotere kippot van zwart zijde, leer of stof. Zij dragen een kippa zelfs onder hun hoed. Zo zijn ze als het ware ‘dubbel beveiligd’.

Religieuze zionisten geven de voorkeur aan de gehaakte en veelkleurige kippa. Die is voortgekomen uit de tegencultuur van jongeren die zochten naar een alternatief voor de, in hun ogen, materialistische consumptiemaatschappij. Dit is waar later de hippie-beweging uit voortkwam.
Iets van die hippiecultuur is ook zichtbaar bij de Bratlzawer chassidim. Zij dragen witte, gehaakte keppeltjes met daarop een anagram dat verwijst naar R. Nachman van Bratzlaw (18e eeuw) en zijn graf in Oekraïne. De Bratzlawer chassidim staan bekend om hun liefde voor dans, hiphop en hun wat lossere religiositeit.

Religie en moderniteit
De kippa geeft soms de culturele of politieke voorkeur van de drager weer en verbindt de joodse identiteit met de niet-joodse wereld. Zo zijn er kippot met legersymbolen, regenboog-kippot die de emancipatie van homo’s en lesbiennes symboliseren, of kippot met stripfiguren zoals Spider-Man (de auteur van deze comic was zelf joods).

De kippa laat zo zien wat je religieuze ideeën zijn, maar ook wat persoonlijke voorkeur en je smaak is. De kippa staat voor een individuele identiteit: wie ben je en waar sta je voor? Religie dient dus ook om je plaats in de samenleving en je unieke persoonlijkheid te markeren.