Blogs en video's
Boeddhabeelden: De nieuwe engelen?
Ken jij iemand met een boeddhabeeld? Het zou wel moeten, althans volgens een onderzoekje dat het Tropenmuseum Amsterdam een paar jaar terug liet uitvoeren. Zij lieten duizend mensen bellen en het bleek dat een derde van hen een boeddhabeeld had. Soms staat hij in de tuin; dan vervangt het de tuinkabouter. Allebei zijn het trouwens spirituele wezens, die Boeddha en de tuinkabouter. De Boeddha betekent de ‘Verlichte’. Eigenlijk heette hij Gautama. Hij heeft volgens boeddhisten de diepste wijsheid over het leven gezien waardoor hij niet meer vast zat in de duisternis van lijden. Daarom noemden ze hem ‘Verlichte’. Maar kabouters hebben ook met spiritualiteit te maken. Ze zijn in de oude sprookjes goedaardige wezentjes die de donkere wereld van onder de grond verbinden met het bovengrondse. Hoe dan ook, de kabouters zijn weg uit de tuinen en daar is nu Boeddha.
Engelen
In de huizen is Boeddha ook te vinden. Wat vervangt hij daar eigenlijk? In de ongeveer tachtig interviews die ik en studenten van de Universiteit Utrecht hebben afgenomen onder bezitters van boeddhabeelden vonden we allerlei verschillende dingen. Dat viel als eerste op: de Boeddha kan blijkbaar voor iedereen wat anders betekenen. Een vrouw vertelde bijvoorbeeld dat ze er eentje van haar moeder had gekregen toen ze de politiek in ging, om haar kracht te geven. Ze dacht eigenlijk dat haar moeder haar ook wel een engel had willen geven maar iets hippers had gezocht. Blijkbaar is de Boeddha iets ‘hips’.
Het is wel een mooie theorie. De engelen vertegenwoordigden de vrede van de hemel; de Boeddha is dan de engel van het aardse: een gewoon mens dat innerlijke rust vond. Toch lijkt de plek van de engel die de Boeddha in dit verhaal innam uitzonderlijk. Hoewel hij heel vaak wordt geassocieerd met innerlijke vrede, is het niet zo dat mensen die eerst engelen hadden nu Boeddhabeelden hebben. Een engel is ook meer iemand die iets voor je doet; mensen geloven dat meestal niet bij de Boeddha. Die is meer een voorbeeld of spiegel.
Lege plek
Eerder lijkt het erop, althans dit is een hypothese na de eerste tachtig interviews, dat de Boeddha’s die binnen staan niet zozeer iets anders vervangen waar mensen op uitgekeken zijn, zoals de tuinkabouter buiten, maar dat ze eerder een lege plek innemen. Er was een soort ruimte waar die Boeddha precies inpaste.
In de levens van veel bezitters van boeddhabeelden speelt religie niet echt een rol. Ze zoeken echter wel naar een soort balans, een kalmte. Dat boeddhabeeldje verbeeldt dat. Door te zien hoe de Boeddha rustig en in balans met de ogen halfdicht en zacht glimlachend zit te zitten, krijgen mensen zelf ook een vredig gevoel. Dat is wat we het meeste tegenkwamen. Het beeldje vertegenwoordigt een soort rust die mensen ook wel willen. Ze krijgen het beeldje soms ook in een turbulente periode in hun leven, met ziekte of zoals de vrouw boven bij een nieuwe baan.
Onbezorgdheid
Veel mensen hadden ook die dikke lachende Boeddha die je wel in de Chinese restaurants ziet. Daar kregen ze net weer een ander gevoel bij. Het gaat dan niet zozeer om innerlijke vrede, maar wel om een soort vrolijke onbezorgdheid. Hij straalt iets uit van: ‘Maak je niet zo druk. Relax.’ Een van de respondenten aaide zijn beeldje altijd even over het hoofd. Sommigen, die uit boeddhistische families kwamen, legden er een muntje onder voor geluk.
Trouwens, dat beeldje van de dikke Boeddha is trouwens niet diezelfde boeddha als die met gekruiste benen zit. Volgens boeddhisten zijn er allemaal Boeddha’s en niet alleen die ene. Die dikke is de boeddha van de toekomst, die nog komt en dan heel veel mensen Verlichting helpt vinden. Dat wisten de meeste mensen niet.
Betekenis
Veel mensen bleken überhaupt heel weinig van het boeddhisme te weten. Dat vonden ze trouwens ook niet erg. Het maakte hen niet uit. De meesten zeiden: ‘Ik geef er zelf mijn betekenis aan.’ Dit is typerend voor wat de religiewetenschappers de ‘subjectieve wending’ noemen. Mensen maken zich niet druk om wat ze zouden moeten denken van de religies, maar ze pakken eruit wat ze willen en geven er zelf betekenis aan.
Voor heel veel mensen was het beeldje ook een herinnering aan degene die het beeldje had gegeven. De liefde of zorg van die persoon was vermengd met de uitstraling van het beeldje zelf. Dus als ze ernaar keken, voelden ze dat soms ook weer. Dit is ook wel een paradox die in het onderzoek naar voren kwam: hoewel de meeste mensen zeiden, ‘ik geef er zelf betekenis aan’, leek het toch wel vaak op elkaar: balans, kalmte, rust, en een herinnering aan iemand die hen het cadeau gaf.
Annewieke Vroom is senior docent en onderzoeker in het Departement voor Filosofie en Religiewetenschappen Universiteit Utrecht, gespecialiseerd in modern en hedendaags boeddhisme.
Afbeelding: Deze lachende Boeddha is ook een kookwekker. Hij staat er vooral voor de kleinkinderen die er veel pret mee hebben (copyright Annewieke Vroom).